Als
iemand die mijn hele leven de gulden middenweg zoekt en derhalve polarisatie
verafschuwt, ben ik geraakt door een essay van Joke Hermsen in haar bundel
'Kairos, een nieuwe bevlogenheid'.
Ik weet
niet of jullie dat herkennen, maar de laatste jaren lees ik zelden één boek
tegelijk. Vaak wissel ik het lezen van beschouwende boeken (meer dan een
tegelijk) af met het lezen van een, bij voorkeur spannende, romanvertelling.
Ik heb
met veel plezier de laatste twee boeken van Joke Hermsen gelezen, 'Stil de
tijd' en 'Kairos', essaybundels rond het thema tijd. Om en om, goed te doen bij
essaybundels.
Ik heb de
ideeën over belevingstijd prima kunnen gebruiken in mijn afscheidsspeech bij
mijn pensionering en ze heeft me op het spoor gezet van andere filosofen,
waarvoor ik haar dank ben verschuldigd.
Maar
ronduit geschrokken ben ik van haar essay in Kairos over het onderwijs, 'Tussen
herinnering en hoop, over bevlogen docenten, iPadscholen en narratief
onderwijs'.
Profeten
hebben vaak een van twee taken: het schetsen van een visioen voor de toekomst
(positief) of het waarschuwen voor een wereld die de verkeerde kant op gaat
(negatief). Daarom onderscheiden we heilsprofeten en onheilsprofeten.
Met beide
heb ik moeite, maar omdat mijn levensfilosofie is dat je in plaats van in het
donker turen en steeds weer nieuwe schaduwen ontdekken beter het grote licht
kunt aandoen zodat je overzicht hebt, heb ik meer moeite met onheilsprofeten.
En ik
gooi er maar een cliché tegenaan: Angst is een slechte raadgever.
Voor
zover ik dat kan nagaan, ik ben tenslotte geen filosoof en heb lang niet alles
gelezen van Joke Hermsen's bronnen, citeert ze altijd vanuit haar totale kennis
van het werk van de desbetreffende filosoof of kunstenaar.
Waarom
gaat ze dan zo verschrikkelijk in de fout in haar essay over het onderwijs?
Ten
eerste vervult ze min of meer de rol van onheilsprofeet door stelling te nemen
tegen ' digitalisering van het onderwijs ', maar dat is tot daar aan toe.
Met het
waarschuwen voor die digitalisering is natuurlijk niets mis. Ten minste, als je
weet waarvoor je waarschuwt en als je weet dat die waarschuwing terecht is,
omdat sprake is van een aanzienlijk gevaar.
Maar uit
bepaalde uitspraken blijkt alleen maar een schrijnend tekort aan kennis over
(pogingen tot) het gebruik van educatieve technologie in het onderwijs, niet zo
vreemd als er een schrijnend tekort blijkt aan kennis van het gehele onderwijs.
En dan
wordt het waarschuwend vingertje een andere zaak.
Ik zet
enkele uitspraken in het essay op een rijtje:
- 'Alle onderwijsvernieuwingen, van de Mammoetwet, de 'HOS-nota' tot
en met de invoering van de 'tweede fase' werden thuis kritisch tegen het
licht gehouden.'
Opvallend dat de HOS-nota een onderwijsvernieuwing wordt genoemd en niet een ordinaire bezuinigingsoperatie, wat het was. - 'Want wat
men bij het nieuwe leren en het digitale leren (sic!) nogal eens vergeet,
is dat objectieve feiten niet bestaan. Ze (?) ontstaan pas als ze
opgenomen worden binnen de context van een bepaald verhaal of
wetenschappelijk paradigma, dat zelf ook altijd een interpretatie van de
werkelijkheid is. Leerlingen moeten die verhalen en paradigma's leren
wegen en beoordelen en dat lukt niet als ze alleen maar feiten verzamelen
op een iPad.'
Ik ben eerlijk gezegd nog nooit vormen van het nieuwe leren en van leren ondersteund door educatieve technologie tegengekomen waarbij het alleen maar om feitenkennis ging. Gelukkig maar! En worden iPads gebruikt om louter en alleen feiten te verzamelen? En al die digitale schoolboeken dan en al die apps voor verwerking? - 'Docenten
die slechts de zelfstandig op hun iPads surfende leerlingen dienen te
coachen, zullen deze culturele en morele sensitiviteit niet kunnen
bijbrengen.'
Maar waar heeft Joke Hermsen dit schrikbeeld in de praktijk kunnen waarnemen? Vanwaar die angst en bezorgdheid? Onderschat ze docenten niet schromelijk door ervan uit te gaan dat die zich tot digitale sufferdjes laten terugbrengen? - 'Het ligt
daarom voor de hand dat we ons eerst de vraag stellen: wat doet de nieuwe
technologie precies met ons?, voordat we weer een nieuw schoolmodel
implementeren. Het vorige nieuwe-lerenmodel, uit de jaren negentig, werd
zo'n fiasco dat er in 2007 zelfs een parlementair onderzoek aan te pas
moest komen.'
Was er ooit sprake van een 'nieuwe-lerenmodel'? Het bleek toch juist te gaan om een complex geheel van verschillende uitgangspunten die steeds op een andere manier werd ingevuld zodat 'het nieuwe leren' door verscheidene Nederlandse hoogleraren verschillend werd gedefinieerd en op wetenschappelijke onderbouwing beoordeeld? ? Hoezo fiasco? Kijk eens op scholen als Unic, IJburg College, Niekee, etc. En was het 'nieuwe leren' de aanleiding voor de Commissie Dijsselbloem dat het parlementair onderzoek uitvoerde of was er meer aan de hand?
Maar het
ergste is natuurlijk dat zo'n beetje alle misstanden in het onderwijs die in
het essay worden genoemd aan de 'totale digitalisering' lijken te worden
toegeschreven. Tegen deze simplificatie komt mijn hele onderwijservaring in het
geweer, vooral omdat de bronnen die door Joke Hermsen worden genoemd, allemaal
weer onderzoeken kennen die het regelrecht tegenovergestelde aantonen of in
ieder geval veel van het onheilsdenken ontkrachten.
Van een gedegen analyse van verschillende ontwikkelingen is wederom geen sprake.
Van een gedegen analyse van verschillende ontwikkelingen is wederom geen sprake.
Dat de
voorgestelde 'oplossingen' en 'aanbevelingen ' (hoewel niet zo genoemd in het
essay, maar wel bedoeld), me blij stemmen en naar mijn weten ook sporen met
oplossingsrichtingen die scholen kiezen, tegen het overheidsbeleid in, kan de
vieze smaak over dit essay niet helemaal wegnemen, helaas.
Maar gauw
weer naar de andere essays in 'Stil de tijd' en 'Kairos' toe...